Sinds twee jaar wordt in de vaste opstelling van het Rijksmuseum Amsterdam ook aandacht besteed aan kunst uit 20e eeuw. Hiervoor worden naast werken uit eigen collectie ook belangrijke werken van musea uit binnen- en buitenland in bruikleen genomen. Sinds 7 september 2015 is het reliëf 'Toevalsobjectivering' van kunstenaar én bioloog herman de vries (hij spelt zijn naam zonder hoofdletters om "hiërarchieën te vermijden") in het museum te zien.
20e eeuw in Rijksmuseum
Pas sinds 2013 heeft kunst uit de 20e eeuw een vaste plaats gekregen in de opstelling van het Rijksmuseum en verzamelt het museum ook actief 20e-eeuws werk. Het werk wordt vanuit een Nederlands perspectief tentoongesteld en is dan ook veelal afkomstig van Nederlandse bodem. Binnen de opstelling van de 20e eeuw ligt de nadruk op de combinatie van kunst en geschiedenis. Omdat er over het algemeen een generatie overheen gaat om te beslissen of een werk daadwerkelijk als kunst bestempeld kan worden hangt er momenteel voornamelijk werk tot ongeveer 1985.
Toevalsobjectivering, herman de vries
De 83-jarige herman de vries is al ruim 60 jaar actief als bioloog en kunstenaar. Samen met onder andere Armando en Jan Schoonhoven maakte hij begin jaren 60 deel uit van de Nederlandse Nul-beweging. Zijn oeuvre staat in het teken van onthaasting en de relatie tussen mens en natuur. Een mooi voorbeeld hiervan is het monumentale reliëf Toevalsobjectivering uit 1968 dat sinds 7 september 2015 te zien is in het Rijksmuseum Amsterdam. Aan het reliëf ligt het onderzoek naar verspreidingspatronen van planten ten grondslag waarmee de vries de relatie tussen mens en natuur probeert te benadrukken.
Kunstuur
Kunstuur zond in 2014 een portret uit over deze Hollandse meester waarin Regisseur Barbara Makkinga de vries bezocht in zijn atelier, in de bossen in het Zuid-Duitse Enschenau. Afgelopen mei volgde Kunstuur herman de vries op weg naar de Biënnale.
