‘There are no passengers on spaceship earth. We are all crew.’ Deze quote is te lezen aan het einde van de tentoonstelling ‘Presence’ van kunstenaar en innovator Daan Roosegaarde. Met zijn interactieve lichtinstallaties wil hij bezoekers laten nadenken over hun aanwezigheid en de invloed die ze hebben op hun omgeving.
‘Freestyle planetarium’
Een roze verlichte ruimte gevuld met bollen in verschillende maten (de grootsten komen tot je middel en de kleinsten tot je knieën). Om de zoveel seconden gaan de lampen uit en lichten de bollen op in het donker. De opstelling van dit ‘freestyle planetarium’ verandert voortdurend, want bezoekers mogen er naar hartenlust mee rollen. Elke keer als het licht dooft blijven de handafdrukken zichtbaar op het lichtgevoelige materiaal waar de bollen mee bedekt zijn.
Lichtgevende zee
In een andere zaal is de vloer bezaaid met lichtgevende piepschuim balletjes die af en toe worden voortbewogen door ventilators. Het doet denken aan het schuim van de branding dat achterblijft op het strand en weggeblazen wordt door de wind. Het is een magisch gezicht. Ook hier mag de bezoeker zich uitleven en in de lichtgevende zee spelen.
Daan Roosegaarde (1979) is vooral bekend van zijn projecten in de openbare ruimte. ‘Presence’ is zijn eerste museale solotentoonstelling. Zijn werk is altijd een combinatie van social-design, kunst en technologie en richt zich voornamelijk op de relatie tussen mens en landschap. Hij mixt technologie en creativiteit op zo’n manier dat de grenzen van alfa- en bètawetenschappen vervagen. Eén van de bekendste projecten van Roosegaarde in Nederland is ‘Icoon Afsluitdijk’.
Actie
Elk onderdeel van ‘Presence’ vraagt op zijn eigen manier om actie. Als bezoeker heb je invloed op hoe de installaties eruitzien doordat je aanwezigheid telkens wordt vastgelegd in de ruimte. Je wordt medeschepper. En juist die medezeggenschap zet je aan het denken. “Jij maakt het kunstwerk en kunstwerk maakt jou. Het effect van je aanwezigheid maakt je bewust van jouw relatie met de omgeving en de manier waarop we die kunnen maken of breken.”